Vooral bij grote internationale films zul je veel interviews op een dag hebben en veel dezelfde vragen horen. Heb je dezelfde ervaringen met de interviews die je voor Drei doet?
Nee, bij Drei haal ik veel plezier uit de interviews, omdat mensen met veel verschillende perspectieven de film benaderen. Met The International bijvoorbeeld had ik wel veel last van de pers die veel dezelfde vragen stelde. Drei lijkt mensen meer te raken. Niemand is uiteraard een Interpol-agent die gangsters opjaagt, maar we hebben wel allemaal te maken gehad met relaties. De film gaat over dingen die belangrijk zijn voor iedereen, maar focust zich voornamelijk op mensen van rond de 40.
Jij bent van ongeveer dezelfde leeftijd als de protagonisten in Drei. Heb je autobiografische invloeden of persoonlijke ervaringen in de film gestopt?
Ja, maar niet wat betreft het verhaal. Ik heb hier elementen in gestopt waarvan ik weet dat ze waar zijn en die ik om me heen heb zien gebeuren. Het heeft jaren geduurd om van de verzameling gebeurtenissen een coherent geheel te maken voor de film. Het is als lades in je hoofd waar je gedurende de jaren ideeën in stopt, totdat deze uiteindelijk vol zijn en je er een film mee kan vullen. Het idee was ook om op een gegeven moment met een film te komen die niet al te depressief met dit onderwerp omging. Ik hou van films die complexe relaties op een luchtige manier kunnen beschrijven. Veel films focussen enkel op de destructieve of catastrofale kant van relaties. Een recente film die ik erg kon waarderen, is Another Year van Mike Leigh. Die film creëert een ideaalbeeld van een functionele familie, waar iedereen van elkaar houdt. Ongelofelijk, maar toch is Another Year erg interessant. Ik voelde me erg aangetrokken tot het neurotische karakter van de film.
Je film doet erg aan Woody Allen denken. Hebben zijn films je enigszins geïnspireerd?
Woody Allen heeft natuurlijk vele verschillende films gemaakt. Hij heeft een periode gehad waar zijn films vooral ‘uplifting’ waren, maar zijn latere films zijn een stuk negatiever. Ik denk dat ik veel optimistischer naar relaties kijk dan Allen.
Terugkerende thema’s in je films zijn de dood en het lot. In hoeverre zijn dit ook echt jouw thema’s?
Ja, dit zijn ze zeker. De aanpak voor deze film is een heel andere dan die voor bijvoorbeeld The International, wat een genrefilm is en een adaptatie van een boek. Je hoort je daar aan regels te houden. Met films als bijvoorbeeld The Princess and the Warrior en Lola Rennt probeer ik de dynamiek van het leven een grote plek te geven in de dramaturgische ontwikkeling van mijn film. Ik denk dat het leven erg chaotisch en rommelig is en vol zit met onverwachte gebeurtenissen. Wij proberen ermee om te gaan en het een soort van structuur te geven om te overleven, maar er zijn zoveel dingen die wij niet kunnen organiseren, zoals het feit dat mensen sterven. Dat is iets wat ik wil laten zien. Er is zoveel wat we in de hand hebben, maar tegelijk zo weinig. Iets als de dood in je omgeving stopt de machine, die onze dagelijkse doen is, en forceert ons bij sommige zaken stil te staan. Dit wil ik meenemen in mijn films. Ook de protagonisten krijgen hiermee te maken en het is een situatie die de rode draad, het basisprincipe door de film, even stop zet. Ik geniet ervan wanneer films dit doen, wanneer ze dicht bij het leven staan en wat het leven met ons kan doen. Het verrassingselement was belangrijk voor mij.
Simon is een personage in je film waar een hoop mee gebeurt. Zijn moeder overlijdt en hij krijgt kanker. Zijn reactie is vooral perplexiteit en niet zozeer emotionaliteit. Hij lijkt niet geraakt te zijn door wat hem overkomt. Was dit de bedoeling?
Er is geen gepaste reactie op catastrofes. Wanneer het je overkomt, heb je een moment van intense emoties. Zo’n moment laten veel andere films zien, maar er zijn zoveel andere dingen die met Simon gebeuren. We doen zoveel dingen wanneer ons erge dingen overkomen, we zitten niet alleen maar in een hoek te huilen. Op zijn tijd zul je dat doen, maar ik schijn ook graag het licht op andere dingen die je doet, zoals perplex staan van wat je allemaal overkomt.
Ik kan me voorstellen dat veel mensen die je film zien verbijsterd zullen zijn door de manier waarop jij je personages presenteert. We zijn gewend aan de Amerikaanse manier van het tonen van emoties middels film, waar wij geforceerd worden mee te leven met de personages.
Ik moet hier de Amerikanen verdedigen, want er zijn ook erg veel films die op dit gebied juist heel erg goed zijn. Kijk naar films van regisseur Paul Thomas Anderson bijvoorbeeld, die vooral op het gebied van acteerwerk uitblinken. Daar zouden wij nog een hoop van kunnen leren. Er zijn veel films waar personages zich gedragen alsof ze zijn behandeld door 15 scriptdoctoren, met als resultaat een soort perfect gedrag.
Dat brengt me bij de seks in Drei. Hoe laat je seks zien?
We voelen ons snel ongemakkelijk wanneer we naakte mensen op het scherm zien en ze keihard hun best zien doen om de seks zo perfect mogelijk over te laten komen. Dit irriteert mij, omdat ik denk dat seks vaak gecompliceerd en chaotisch is. Het vergt soms veel van je totdat je eindelijk in de situatie komt dat seks bevredigend is voor beide partijen. In films werkt het altijd! Ik wou het geen ramp maken, maar ik wou wel laten zien dat het voor veel mensen een ingewikkeld iets kan zijn. Het moest vooral realistisch overkomen. Ik vind het juist sexy wanneer seks zo wordt geportretteerd.
Drei is, in vergelijking met je eerdere Duitse films, een meer recht toe recht aan drama geworden. Je mist hier het algehele fantastische gevoel dat je bij bijvoorbeeld The Princess and the Warrior voelt.
Ik was nieuwsgierig of we zo experimenteel konden zijn, maar tegelijk ook zo herkenbaar mogelijk. De personages in The Princess and the Warrior zijn meer kunstmatig, terwijl ik in Drei de personages zo wilde maken dat we makkelijk met ze kunnen meeleven. Er zit geen muur tussen jou en de protagonisten. De personages in The Princess and the Warrior zijn niet van vlees en bloed, maar fictieve personages. Hier hou ik ook van, maar het is een andere stijl. Ik was benieuwd hoezeer we daar vanaf konden komen, maar nog steeds het inventieve van film maken konden behouden.