Het is inmiddels een vaste gewoonte aan het worden. Ongeveer elk jaar zetten we een werk uit het indrukwekkende oeuvre van een van de meest intrigerende genrefilmmakers in de schijnwerpers. Eerder bespraken we al The Brood en Videodrome, twee onvervalste auteurfilms waarmee David Cronenberg bekendheid en aanzien verwierf. In die mate zelfs dat hem gevraagd werd mee te werken aan een commercieel project: de remake van The Fly uit 1958. Dit gegeven is op zich al bizar, aangezien Cronenberg aanvankelijk doof bleef voor de lokroep van Hollywood. De thematiek van dit bijzondere verhaal vertoonde echter zoveel affiniteit met zijn eigen werk, dat hij moeilijk kon weigeren. Bovendien zat hij krap bij kas en besloot hij, ondanks zijn bedenkingen bij het originele script, de opdracht aan te nemen.
Terwijl de producers oorspronkelijk een simpele remake op de markt wilden dumpen om snel inkomsten te genereren, erkende Cronenberg al gauw het potentieel van dit project, doch hij was niet blind voor de mankementen ervan. En daarom besloot hij om de dingen op zijn eigenwijze manier aan te pakken en het geheel zodanig door elkaar te klutsen, vermengd met zijn eigen ideeën, dat wat aanvankelijk een hapklare brok moest worden, alweer uitgroeide tot een auteursfilm, maar dit keer met een grote commerciële doorbraak tot gevolg.
Cronenbergs filmische fetisj voor het veranderende lichaam en psyche van zijn protagonist is misschien wel het meest zichtbaar en voelbaar in een film als The Fly. In de hoofdrol vertolkt Jeff Goldblum de rol van een excentrieke wetenschapper die aan een teleportatiemachine werkt. Zijn tegenspeelster is Geena Davis, in de rol van een journaliste die hij weet te overtuigen om een verslag te schrijven over zijn baanbrekende uitvinding. Na enkele experimenten met de telepod slaagt Seth er in om dode voorwerpen van de ene cel naar de andere te verplaatsen. Hij breidt zijn onderzoek uit door een baviaan in de telepod te plaatsen, maar wanneer deze er binnenstebuiten weer uitkomt, blijkt dat er nog behoorlijk wat werk aan de winkel is. Na wat sleutelen aan de machine besluit Seth in een overmoedige bui en in afwezigheid van Veronica om zelf in de telepod te kruipen. Wat hij niet opmerkt, is dat er een vlieg mee in de cel glipt, met alle gevolgen van dien…
Het interessante aan deze prent is dat Cronenberg niet alleen de lichamelijke consequenties van het mislukte experiment exploreert, maar dat hij ook in de geest van Seth graaft. Hij vraagt zich af wat zo’n metamorfose op geestelijk vlak impliceert, hetgeen zich onder meer uit in enkele scènes waarin Seth de mogelijkheden van zijn nieuwe lichaam aftast. Hij test zijn sterkte in een groezelige bar met een armworstelduel tegen een krachtpatser en pikt daarna een dame op om zijn verhoogde seksdrift te stillen. Seth voelt zich opperbest na zijn wedergeboorte, maar dat is slechts van korte duur, want de ontmenselijking die zich onverminderd voortzet doet hem helemaal aftakelen. Voor het in beeld brengen van die aftakeling werd de film trouwens beloond met de Academy Award voor beste make-up effecten.
Het besef dat Seth het laatste restje menselijkheid aan het verliezen is, drijft hem tot wanhoop. Hij vraagt aan Veronica, die zwanger blijkt te zijn van hem, om geen abortus te plegen zodat hij na zijn dood nog in hun kind blijft voortbestaan. Maar na een enge nachtmerrie waarin Veronica droomt dat ze een larve baart (wellicht de meest ontstellende scène uit de film), is ze ervan overtuigd dat abortus de enige juiste beslissing is. Ook hiermee raakt Cronenberg een van zijn geliefkoosde thema’s aan, het existentialisme. Wat betekent het om mens te zijn? Hoe ga je als mens om met de veranderingen waaraan we allen onderhevig zijn, met name de fysieke aftakeling van het ouder worden? Net zoals in ieder van ons huist ook in Seth de universele angst om te sterven en de drang om iets achter te laten na zijn dood.
Rating
- The Fly - 9/109/10